Van transactioneel naar relationeel inkopen in Hart van Brabant
De traditionele manier waarop gemeenten in de regio Hart van Brabant inkochten voor jeugd, Wmo en participatie was niet toekomstbestendig. De overstap van transactionele naar relationele contractering bleek de oplossing waarnaar de betrokken partijen op zoek waren. Het proces van de cliënt is hierin meer centraal komen te staan.
Rahima Mejres is programmamanager voor de elf regiogemeenten Hart van Brabant. De manier waarop voor deze gemeenten de contractering was ingericht voor jeugd, Wmo en participatie, was niet langer houdbaar, vertelt ze. âEr waren meer 350 contracten met een openeindefinanciering en gemeenten hadden geen overzicht meer van het zorgveld. Daardoor was samenwerken lastig. Bovendien zaten er perverse prikkels in het systeem die de kosten opdreven en niet bijdroegen aan de transformatieopgave.
Oude systeem belemmerde samenwerking
Een van de marktpartijen is Traverse. Traverse biedt opvang en begeleiding aan mensen die dak- of thuisloos zijn of dreigen te raken. Bestuurder Carina Kruijsse: âOnze cliĂ«nten vallen buiten de reguliere zorg. De opvang en begeleiding die zij nodig hebben, vraagt om een andere manier van samenwerken. Het oude systeem belemmerde dat juist. Partijen die we hiervoor benaderden, waren vaak terughoudend, want hoe moest dat dan worden gefinancierd?
âSinds 2015 hebben we verschillende vormen van financiering gehad die veel strubbelingen met zich meebrachten en weinig ruimte lieten om je echt op de cliĂ«nt te richten. Traverse was dan ook meteen bereid om de contractering anders te doen. âVoor een toekomstbestendig stelsel moet je niet uitgaan van de financiering maar van wat de cliĂ«nt nodig heeft.â
De weg naar relationele contractering, waarin wordt gewerkt met lumpsum financiering, was niet eenvoudig. âHet was intens, soms ingewikkeld, maar leerzaamâ, zegt Mejres. Kruijsse reageert: âJe komt vanuit verschillende achtergronden. Simpele woorden zoals âvertrouwenâ kunnen verschillend worden ingekleurd. Mijn uitgangspunt is: ik geef vertrouwen tot het tegendeel bewezen is. En dan heb ik het nog maar over Ă©Ă©n woord waarover je moet afspreken of je er hetzelfde mee bedoelt.â
Mejres vult aan dat âvertrouwenâ vanuit een ander perspectief aandacht nodig heeft en moet worden opgebouwd â zeker als je elkaar nog niet kent en zoveel belangen een rol spelen. âDaar moet je in investerenâ, zegt ze.
âVan transactioneel naar relationeel contracteren lijkt misschien makkelijkâ, vervolgt Mejres, âmaar de moeilijkheid zit erin dat je van inspanningsgericht werken naar relationeel werken gaat. Dat is een andere manier van werken, denken en doen. Dat vraagt om andere regels en een andere mindset. Soms zie je dat er bijvoorbeeld taakgericht wordt gecontracteerd, maar dat partijen vervolgens inspanningsgericht blijven werken en sturen of andersom. Dan werkt het systeem niet. Iedereen die hierbij betrokken is, moet deze omslag begrijpen en naar handelen. En daar moet je in investeren want anders werkt het niet.â
Alles bespreekbaar maken
Wat enorm hielp om het proces te versnellen was dat direct aan de start van het proces veel zaken in openheid zijn besproken, vertelt Kruijsse. âWat betreft de financiering hebben we bijvoorbeeld gezegd: we werken met een open boekhouding, de gemeente mag alles zien. Die openheid en onze gedeelde visie op wat we voor de cliĂ«nt wilden, heeft de stap naar relationele contractering mogelijk gemaakt. De werksessies over het relationeel contracteren en sturen hebben het fundament gelegd om elkaar te verkennen vanuit relationeel perspectief.â
Een belangrijk onderdeel van een goed functionerend partnerschap, stelt Mejres, is het omgaan met verschillen, belangen en spanningen. âDaarom hebben we vlak na het contracteren workshops georganiseerd waar het concept van het constructief conflict centraal stond. Dus de vraag hoe we met elkaar moeten omgaan als we met elkaar in conflict komen. Je moet niet weglopen van een conflict of dit zelfs proberen te voorkomen.
Conflicten versterken relatie
âConflicten zijn vaak nodig om de relatie robuust te makenâ, vervolgt Mejres. âAls je deze gedachte als uitgangspunt neemt, blijft de samenwerking constructief, ook als je tegenover elkaar komt te staan. Dit kun je doen door aan de voorkant te investeren in de betekenis van de relatie, tijdig te reflecteren op de samenwerking en hiervan te leren. Zo leg je de basis voor een duurzame samenwerking met constante aandacht voor de relaties tussen partners en de manier waarop deze relaties gestuurd en onderhouden worden. Dat helpt als je even tegenover elkaar komt te staan. En die situaties hebben we meegemaakt.â Kruijsse: âIn die situaties konden we teruggrijpen op de leidende principes en afspraken. Daardoor konden we elkaar blijven vasthouden.â
Goede basis gelegd voor transformatie
Zo is op succesvolle wijze de stap gezet naar relationele contractering. âDaarmee zijn we er natuurlijk nog nietâ, zegt Mejres. âMaar we hebben daarmee wel de basis gelegd voor de transformatie die we willen bereiken. Daarin moeten we wel voortdurend de mensen blijven meenemen. Niet in de laatste plaats omdat gaande het proces steeds nieuwe mensen aantreden, die je moet meenemen in het gedachtegoed van het relationeel contracteren.â Kruijsse: âJe moet het steeds blijven onderhouden, aan beide zijden.â
Beiden zijn het erover eens dat op deze manier veel is bereikt. âDe zorg is op een eenvoudige manier toegankelijk gemaaktâ, zegt Kruijsse. âMet eigen regie van de aanbieders over hun ondersteuningsprogrammaâs. Ook wordt nu veel meer de vraag van de cliĂ«nt gevolgd.â Mejres: âHet model van relationele contractering creĂ«ert de ruimte om maximaal gebruik te maken van de kennis en expertise die bij de aanbieders zit om te doen wat de cliĂ«nt nodig heeft. Door af te stappen van PxQ-modellen, haal je veel inefficiĂ«nte zaken uit het systeem.  Daardoor wordt het beter voor de cliĂ«nt en bovendien goedkoper.â