Voorzorgcirkel boort zilveren zorgreserve aan
Voorzorgcirkels zijn kleinschalige, informele verbanden van ouderen, familieleden, vrijwilligers of buren, die beloven elkaar bij te staan wanneer ze zorg en ondersteuning nodig hebben. Sleutelwoorden: nabij, wederkerig en vrijwillig. De voorzorgcirkels zijn een idee van gepensioneerd psycholoog Henk Geele. Coöperatie VGZ pikte het idee op en helpt de voorzorgcirkels verder ontwikkelen.
Vergrijzing een onoplosbaar maatschappelijk probleem? Niet volgens zorgvernieuwer Henk Geene. ‘Hoe meer vergrijzing, hoe beter, zeg ik tegenwoordig. Want hoe meer vergrijzing, hoe meer gezonde, vitale ouderen. En hoe meer vitale ouderen, hoe meer handen aan het bed. De kunst is om dat reservoir van gezonde, vitale ouderen aan te boren.’
Om deze slapende informele reserve te activeren, ontwikkelde gepensioneerd psycholoog Geene een eigen instrument: de voorzorgcirkels. Dit zijn kleinschalige, informele verbanden van ouderen, familieleden, vrijwilligers of buren, die beloven elkaar bij te staan wanneer ze zorg en ondersteuning nodig hebben. Sleutelwoorden: nabij, wederkerig en vrijwillig. ‘Het zijn clubs van acht tot veertien mensen die tegen elkaar zeggen: vanaf nu spreken we af dat we elkaar helpen als dat nodig is’, aldus Geene.
En dat was precies wat Henk Geene al deed met zijn voorzorgcirkels. Niet alleen in zijn woonplaats Wanroij, maar ook in Land van Cuijk, Helmond, Almere en Deventer. Met tastbare resultaten. Een veranderaanpak dus met directe impact op verschillende plekken. Veel meer had VGZ niet nodig om de voorzorgcirkels te omarmen. Nu wil Vissers ‘gas geven’. VGZ gaat de komende maanden met Geene in drie VGZ-kernregio’s tenminste driehonderd voorzorgcirkels uitrollen. Eind 2024 volgt de rest van Nederland. Want, benadrukt Vissers, voorzorgcirkels zijn er voor iedereen, VGZ-verzekerd of niet.
Naast de ouderen staan
Over de vraag naar de kracht van de voorzorgcirkels hoeft Geene niet lang na te denken. ‘Het is helemaal uit het leven van alledag ontstaan. Ik ben schatplichtig aan al die ouderen die duizenden reacties hebben aangeleverd waardoor ik het concept kon ontwikkelen. Er zit geen woord kamergeleerdheid in.’ ‘Dat is heel belangrijk’, vult Vissers aan. ‘Met al onze goede bedoelingen kijken wij toch vaak naar de wereld door onze eigen bril. Henk is naast ouderen gaan staan en heeft naar de wereld gekeken zoals zij die ervaren. Het gaat erom dat het werkt voor de mensen voor wie het bedoeld is. Hoe willen zij het hebben?’
Daar komt volgens Geene in hoog tempo verandering in. ‘Ouderen zien steeds meer in dat ze elkaar nodig hebben en ook zelf aan de bak moeten. Dat proces zal sneller gaan naarmate de druk groter wordt door het tekort aan arbeidskrachten in de zorg. Over een paar jaar komt de thuiszorg echt niet meer langs om zorgvragers op het toilet te zetten. Daar hebben ze gewoon de mensen niet voor.’
Het is volgens Geene ook onvermijdelijk dat steeds meer zorgtaken bij de burger terechtkomen. Dit roept de vraag op waar straks de grens ligt tussen formele en informele zorg. Een boodschapje doen is één ding, maar oog druppelen of steunkousen aantrekken, laat staan iemand op de po zetten, is iets heel anders. ‘Onder druk wordt alles vloeibaar’, zegt Geene. ‘Steunkousen aandoen en oog druppelen gebeurt in de praktijk al. Ik zie dat we in de zorg op allerlei punten grenzen verleggen. Er zijn al ziekenhuizen die vrijwilligers opleiden om te prikken of andere handelingen uit te voeren.’
‘We zijn niet zozeer grenzen aan het verschuiven, als wel dat we anders gaan kijken naar wat een zorgvraag is’, nuanceert Vissers. ‘Misschien past het antwoord gewoon beter in de eigen context van mensen. We hebben in ieder geval niet de mensen om op elke vraag een zorgantwoord te geven.’
Samenwerking met formele zorg
Hoe de afbakening tussen formele en informele zorg er ook uit gaat zien, volgens Vissers en Geene is nauwere samenwerking hoe dan ook nodig. In een van de proefregio’s gaat VGZ onderzoeken hoe dit zou kunnen werken. Voorzorgcirkels zijn, zoals de naam zegt, in feite een vorm van preventie. Als onderdeel van het transformatieplan Mooi Maasvallei gaat VGZ bekijken of ze ook onderdeel kunnen zijn van een formeel zorgtraject.
Precies om die reden wil Vissers ook niet constant hameren op de noodzaak van informele zorg. ‘De noodzaak is er, maar als je de hele tijd achter mensen aanholt met het argument dat het moet, krijg je weerstand. Als mensen aan de slag gaan en de voorzorgcirkels zich als een olievlek gaan verspreiden, zullen mensen merken dat het er warmer, zorgzamer en leuker van wordt. Dat kon wel eens heel besmettelijk blijken te zijn.’
Dit artikel is ook verschenen in de IZA Mid-term review: Samen werken aan zorg en welzijn